Basiliek van Santa Maria Maggiore: verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
1 bron(nen) gered en 0 gelabeld als onbereikbaar #IABot (v1.5beta) |
||
Regel 54: | Regel 54: | ||
== Externe links == |
== Externe links == |
||
* [http://vrm.vrway.com/dynamo/display.t?media= |
* [https://web.archive.org/web/20070927002149/http://vrm.vrway.com/dynamo/display.t?media=%3Fmedia%3D73&vmva=VM&qtv=6400&sub=high&type=QTVRpano&a=111 Binnenzicht van de Santa Maria Maggiore] |
||
* [http://maps.google.com/maps?ll=41.897502,12.498171&spn=0.004044,0.007196&t=h&hl=en Satellietfoto van de Santa Maria Maggiore] |
* [http://maps.google.com/maps?ll=41.897502,12.498171&spn=0.004044,0.007196&t=h&hl=en Satellietfoto van de Santa Maria Maggiore] |
||
Versie van 7 aug 2017 04:37
Archibasilica Sanctae Mariae Majoris ad Nives | ||||
---|---|---|---|---|
Plaats | Rome | |||
Gewijd aan | Heilige Maria | |||
Coördinaten | 41° 54′ NB, 12° 30′ OL | |||
Gebouwd in | 432 | |||
Architectuur | ||||
Afmeting | 92 m lang 80 m breed 75 m hoog | |||
Kerkprovincie | ||||
Aartspriester | Stanisław Ryłko | |||
Officiële website | ||||
|
De basiliek van Santa Maria Maggiore (Basilica di Santa Maria Maggiore) is een grote rooms-katholieke kerk op de heuvel Esquilijn in de Italiaanse hoofdstad Rome. Sinds 1929 is deze kerk met de rang van basilica maior in bezit van de Heilige Stoel. De basiliek is een van de zeven pelgrimskerken van Rome en een van de vier pauselijke basilieken.
De kerk werd in 431 door paus Sixtus III gesticht ter herinnering aan het Concilie van Efeze in hetzelfde jaar. De wijding aan Maria betekent het pauselijk goedkeuren van de besluiten van dit concilie, waar men onder andere de positie van Maria als moeder van Christus bepaald had.
Basilica Liberiana
Vóór de huidige kerk stond er waarschijnlijk een oudere basiliek die na 352 door de Romeinse bisschop Liberius was opgericht.[1] Bij opgravingen werden er geen sporen van aangetroffen,[2] dus mogelijk stond die Basilica Liberiana iets verderop op de Esquilijn. Ze is berucht als het toneel van de straatgevechten die tussen christenen uitbraken na de pausverkiezing van Damasus I in 366. Op een dag werden er volgens Ammianus Marcellinus 137 lijken gevonden.[3] Het gebouw werd afgebrand door de Visigoten in de plundering van Rome onder Alarik I (410).
Voorgeschiedenis van de heroprichting
In 431 was Efeze gekozen voor een concilie over de twistvraag of Maria Theotokos (Moeder van God) was in spirituele dan wel in letterlijke betekenis, iets waarover de Assyrische Kerk van het Oosten dwarslag. Tijdens dit concilie werd de Kerk van Maria gebouwd om de Efeziërs een nieuw eigen cultuscentrum te geven. Tegelijk werd ter bevestiging in Rome door de Paus de Basiliek van Maria de Meerdere (Basilica di Santa Maria Maggiore) gebouwd, zodat beide machtscentra met elkaar waren verbonden. Na het concilie splitste een deel van de, toen in het Perzische rijk bestaande, Syrische Kerk zich af van het in het Romeinse Rijk zetelend patriarchaat van Antiochië. Zo ontstond de Oost-Syrische of ‘Nestoriaanse kerk’.
De cultus van de moedergodin was vanouds zeer diep geworteld in Efeze. Men poogde toen, aanvankelijk zonder succes, deze cultus te substitueren door een dienst voor de Heilige Maagd Maria. Volgens de legende zou Maria (moeder van Jezus) zelfs in Efeze zijn begraven. Het 'Huis van de maagd Maria' (Turks: Meryemana) in de buurt van Efeze is een bedevaartsoord geworden, waar zowel islamitische als christelijke gelovigen naartoe worden geleid.
Legende over het ontstaan van de basiliek
Rond het jaar 350 na Christus bekeerde het merendeel van het Romeinse Rijk zich tot het christendom. Het was ook sinds die tijd dat menig vrome Romein zijn rijkdommen uitgaf ter verering van de Heilige Maagd Maria en de Apostelen. Onder hen waren ook Johannes van Rome en zijn vrouw.
In de begindagen van augustus hadden Johannes en zijn vrouw beiden een ongewone droom. Zij hadden gedroomd dat Maria hun de opdracht gaf om een kerk te stichten op een van de zeven heuvels van Rome. Maria had hun in die droom verteld dat de exacte plaats duidelijk zou worden door sneeuw.
Johannes besloot zijn opmerkelijke droom voor te leggen aan paus Liberius. Deze beweerde exact hetzelfde gedroomd te hebben. Daarop gingen Johannes, zijn vrouw en paus Liberius op 5 augustus naar de heuvel Esquilijn, waar zij in hartje zomer sneeuw aantroffen in de vorm van het fundament van een kerk. Daarop werd direct begonnen met de bouw van de kerk. De naam van de kerk was toen nog Basilica Liberiana.
In 432 na Christus herbouwde paus Sixtus III de kerk en gaf deze haar huidige naam, Santa Maria Maggiore.
Architectuur
Het huidige kerkgebouw komt uit de tijd van paus Sixtus III (432 - 440) en bevat vele oude mozaïeken uit deze periode, deze zijn de oudste in hun soort. De bouwvorm van het schip volgt zo exact de conventies van de keizerlijke basilieken, dat de kerk vroeger ook daadwerkelijk als een exemplaar daarvan werd aangezien. De marmeren zuilen die het schip van de kerk ondersteunen zijn ouder dan de huidige kerk en komen waarschijnlijk uit een voorganger van de huidige basiliek of een ander antiek Romeins gebouw. De 14e-eeuwse 75 meter hoge romaanse klokkentoren is de hoogste van Rome. Het enorme gouden cassetteplafond uit de 16e eeuw is geconstrueerd naar een ontwerp van Giuliano da Sangallo. Men zegt dat dit goud het eerste is dat door Columbus uit Amerika meegenomen is.
Kerkschatten en bijzonderheden
Het mozaïek in de apsis is in de late 13e eeuw vervaardigd door de franciscaner monnik Jacopo Torriti. Een icoon, geplaatst in de kapel van Sint-Paulus, zou de pest buiten de stad gehouden hebben. De traditie wil dat het gaat om een door Lucas de Evangelist geschilderde icoon. Dat het waarschijnlijk om een paneel uit de 1e eeuw gaat werd volgens de Rooms-Katholieke Kerk bevestigd door C14-datering. De kerk heeft ook een schilderij van Girolamo Siciolante da Sermoneta uit 1568: Het martelaarschap van de heilige Catharina.
Daarnaast zijn er ook meerdere werken, zes landschappen van Paul Bril en tien reliefs van Niccolò Pipì en Gillis van den Vliete te vinden in de Capella Sistina en bijhorende sacristie. Ook enkele figuren in het timpaan zijn van Pieter Antoon Verschaffelt.
Op 29 april 1964 trouwde de Nederlandse prinses Irene in de basiliek met Karel Hugo van Bourbon-Parma.
Betlehemcrypte
De Betlehemcrypte voor het hoofdaltaar dankt zijn naam aan een relikwie, waarvan gezegd wordt dat het de kribbe van Christus' geboorte is. Ignatius van Loyola droeg hier op 25 december 1538 zijn eerste mis als priester op. Later zou hij de Jezuïetenorde oprichten.
Vele beroemde katholieken liggen hier begraven, onder wie de heilige Hiëronymus, kardinaal Giacomo Colonna, Pauline Bonaparte, en de kunstenaar Gian Lorenzo Bernini. De kerk bevat ook het Pausgraf van Clemens VIII.
Zie ook
Externe links