*

woensdag 2 oktober


Dossiermaandag, 6 september 2004

Dwergwerpen
Over voetbaldwergen wordt meestal nogal achteloos gedaan. Alsof je ermee kunt doen wat je wilt. ‘Zullen we doen wie Andorra het verst weg kan gooien? Of San Marino?’ Meestal prikkelt zo’n uitspraak de betreffende dwerg en doet hij zijn uiterste best om de arrogante reus met zijn slinger neer te halen. Maar soms ligt er een hoop geld in het verschiet en heeft de dwerg er helemaal geen bezwaar tegen om geworpen te worden. Integendeel.
In 1982 en 1983 had Oranje Malta respectievelijk op 0-6 en 5-0 gezet en had bondscoach Rijvers een lange neus naar Spanje gemaakt. De kwalificatie voor het EK ’84 was in the pocket, want Spanje zou dwerg Malta in de laatste groepswedstrijd natuurlijk nooit met meer dan de benodigde tien doelpunten verschil kunnen verslaan. Wel dus. Spanje zette met 12-1 een onheus wereldrecord dwergwerpen neer.
Pas zeven jaar later kon de rekening voor dit debacle worden gepresenteerd aan Malta. Marco van Basten zette die dag een internationaal ijkpunt neer, oftewel: hij stelde precies vast hoe ver je een dwerg zónder kuiperijen kunt werpen. Mét kwalitatief hoogstaande doelpunten, om smalende opmerking-en in de kranten – ‘Ja, hè-hè, tegen zo’n dwerg kan ik ook scoren!’ - te voorkomen. Waarbij het wonderschone zesde doelpunt het hoogtepunt van de wedstrijd was. Het deed commentator Hans Kraay sr. uitroepen dat dit allemaal niets met de zwakke tegenstander te maken had en dat het écht geen geluk was: ‘Een ander maakt ze gewoon niet.’
Wat ging aan dat zesde doelpunt vooraf en wat kwam erna? Een opstuitende voorzet die Marco vallend, in een halve cirkel om een Maltees heen gekruld, langs de linkerpaal streepte. Een voorzet van Roy die net buiten z’n bereik was, maar die hij in een soort vlucht wel binnenwerkte. Een boogbal van rechts (aangever: Gullit) die Marco, met zijn rug naar het doel, langs de keeper bicycle kickte. 3-0: een puntgave hattrick binnen 23 minuten. Het vierde doelpunt werd ingeleid door Van Basten, die Gullit vrijspeelde. Die gaf voor op de aanstormende Winter, die zichzelf met bal en al het doel in frommelde. Aron moest er zelf ook om lachen. De vijfde en de zevende werden gemaakt door Bergkamp. Beide ballen kwamen zo panklaar op Dennis af dat hij alleen op het juiste moment zijn voet hoefde uit te steken. Het had er veel van weg dat Marco op de knop drukte om Dennis de ballen erin te laten flipperen. Be-grijpelijk dat die nauwelijks vreugde aan de goals leek te beleven.
En dan dat zesde doelpunt. Een juweel. In de 64ste minuut gooide Frank de Boer, uit balans op de linkerflank, een waardeloze voorzet voor de pot: over de met Marco meestormende Maltees heen, dat wel, maar te ver naar voren om in te kunnen koppen en net iets te hoog om lekker hard uit te kunnen halen. Dus schoof Marco zijn linkerbeen naar rechtsvoor uit en wrong de bal met buitenkant links in de verre hoek, langs de rechterhand van de keeper. Simpel ogend. Appeltje-eitje. Maar niet heus. Het mooist was de verbijstering op het naar rechts gedraaide gezicht van de naar Marco toe hoppende keeper: ‘On-mó-ge-lijk dat de bal in de hoek gaat waar hij vandaan komt.’
Na die 6-0 werd Marco door zijn ploeggenoten tamelijk plichtmatig gefeliciteerd. Verveeld grijnsje, klopje op de schouder: ‘Fraai, Marco, maar zullen we er nu weer een teamsport van maken?’ Had Marco niet door: hij liep in een orgastische scoorroes rond. Een oceaanvreugde uit het diepste der diepten, die voortduurde tot en met het laatste doelpunt van de wedstrijd: de beheerst door Marco ingeschoten penalty, inclusief het befaamde huppeltje vooraf.
Volledig op eigen kracht kun je een internationale dwerg dus op 8-0 werpen. Afgelopen vrijdag tegen Liechtenstein miste ik Marco. Bínnen de lijnen.
Jan Luitzen is auteur van romans (Querido) en voetballiteratuur (Bruna)

Vertel een vriend | Reageer op dit artikel | Aantal reacties 0


Reacties:


dossier
Advertenties